VASTE PLANTEN: AARDBEIEN, ARTISJOKKEN, RABARBER EN ASPERGES


Aardbeien kun je zaaien of als plantje kopen. Dat laatste is makkelijker, maar het beperkt wel enorm de keus. Vind bijvoorbeeld maar eens plantjes van bosaardbeien.

 

Er zijn vroeg dragende, middenvroeg dragende en doordragende aardbeien. Let daarop bij de aanschaf. Plant van elk een paar plantjes en je hebt maandenlang heerlijke verse aardbeien.

 

Als je aardbeien eenmaal drie, vier jaar op het bed staan moet je ze gaan vernieuwen. Dat kan door opnieuw planten te kopen of te zaaien. Je kunt ook na het plukken van de vruchten de grootste plantjes aan de uitlopers afknippen en oppotten.

Bescherm de plantjes de eerste weken tegen zon en uitdrogen en zet ze terug op het bed. Augustus is een goede maand om aardbeien te planten, dat geeft je het jaar daarop een mooie oogst.

 

Zodra het blad van de aardbeienplanten gaat uitlopen leg je een laagje stro om de planten heen. Dat beschermt de vruchten tegen viezigheid en uitdroging. Let op slakken.

 

Aardbeien doen het prima in potten en hangmanden. De grond moet goed draineren en voldoende compost bevatten.

 

Geef voor mooie vruchten extra kalium.

 

Zet aardbeien op een zonnige plek.

 

Bosaardbeitjes zijn vaak heerlijk zoet en geurig, weer een smaak apart. De wilde bosaardbei verspreidt zich snel door de tuin. Zet ze op een plek met halfschaduw.

 

Artisjokken zijn prachtige planten. Groot en majestueus met zacht grijsgroen blad. Ze hebben de ruimte nodig en staan op een vast bed.

De grond moet vruchtbaar zijn en goed draineren.

Geef  ze jaarlijks flink extra mest en compost.

 

De artisjok die je eet is eigenlijk de ongeopende bloemknop van de plant. De bodem en de onderkant van de schubbige bladen zijn eetbaar.

 

Over het algemeen koop je artisjokken als plant, maar als je wat bijzonderder soorten wilt hebben – van die kleine Italiaanse bijvoorbeeld – kun je ook zaaien. Zaai ze binnenshuis bij een temperatuur van minimaal 20 graden.

Zaai meer planten dan je nodig hebt om de paar sterkste over te kunnen houden. Plant ze in de tweede helft van mei uit.

 

Artisjokken moet je oogsten voor de bloemknop zich opent. Snij af met een stukje steel en eet zo snel mogelijk.

 

Bij vorst moet je artisjokken beschermen, want ze zijn hier eigenlijk niet winterhard. Hou het weer dus goed in de gaten.

 

Rabarber is een makkelijke plant die flink ruimte en compost en mest nodig heeft. Poot rabarber op goed drainerende grond, hij kan niet tegen natte voeten.

 

Mest in het najaar en na de oogst maar hou de plant zelf vrij.

 

Je kunt rabarber zelf zaaien maar zaai dan meer dan je nodig hebt en hou de sterkste planten over. Je kunt ook planten in de pot kopen.

 

Rabarber is een vaste plant maar het is wel goed om de planten ongeveer om de vier jaar te delen. Gebruik de buitenste delen van de plant voor nieuwe teelt.

 

Om heel vroeg in het voorjaar zoete, malse rabarber te hebben kun je zodra de plant begint uit te lopen stro om de plant leggen en er een bleekpot of emmer overheen zetten.

Een paar weken later heb je heerlijke en mooi roze stengels.

 

Oogst rabarber door de steel beet te pakken en met een draaiende beweging van de plant te trekken.

 

Snij altijd het blad van rabarber mét een stukje steel af; het blad is licht giftig.

 

Asperges worden traditioneel op hoge ruggen geteeld. Die mooie, gebleekte witte stengels worden dan voorzichtig uitgegraven en met gezwinde spoed naar de groenteman gebracht. Verrukkelijk, maar wel een beetje bewerkelijk voor de moestuin.

 

Je kunt ze ook gewoon op vlakke grond poten en de asperges groen eten. Goed nieuws voor de tuinier op wat zwaardere grond.

 

Asperges zaaien is erg bewerkelijk, koop liever ‘klauwen’ bij het tuincentrum of een andere leverancier.

 

Zet asperges niet op een plek waar ze al eerder stonden maar geef ze een nieuw stuk grond. De grond waarin de planten komen moet goed los zijn. Voeg wat compost, verteerde stalmest en eventueel wat zand toe.

 

Graaf een ongeveer 40cm brede en 20cm diepe geul. Maak in het midden daarvan een ruggetje en spreid de wortels er gelijkmatig over uit.

Bedek met ongeveer 10cm grond en geef goed water.

 

Het eerste jaar niet oogsten, het tweede echt heel matig, het derde weer wat meer en vanaf het vierde jaar kun je snijden wat je wilt.

 

Oogst tot ongeveer de derde week van juni (de langste dag), daarna moeten de planten kracht gaan verzamelen om het jaar daarop weer te produceren.

 

Snij de asperges af als ze ongeveer 15cm zijn en laat een klein stukje boven de grond steken.